walvissen en dolfijnen
Andere namen | walvisachtigen; walvissen, dolfijnen en bruinvissen |
---|---|
Wetenschappelijk | Cetacea |
Engels | cetaceans; whales and dolphins; whales, dolphins and porpoises |
Verspreiding | zeeën wereldwijd; dolfijnen in enkele tropische rivieren |
Voedsel | vis, inktvis, kreeftachtigen |
Leeftijd | mogelijk tot 200 jaar (Groenlandse walvis) |
Lengte | max. 1,5 m (vaquita) tot max. 33 m (blauwe vinvis) |
Gewicht | max. 50 kg (vaquita) tot max. 190.000 kg (blauwe vinvis) |
Aantal soorten | 83 |
Onderverdeling | 2 subordes; 13 families |
De walvisachtigen lijken op het eerste gezicht op vissen. Het zijn echter zoogdieren die in hoge mate zijn aangepast aan het leven in het water. Ze zijn vrijwel onbehaard, hebben een gestroomlijd lichaam en vinvormige voorpoten. Zoals alle zoogdieren ademen ze met longen, zijn warmbloedig en zogen hun jongen.
De walvissen worden onderverdeeld in de baleinwalvissen en de tandwalvissen. De tandwalvissen vormen de soortenrijkste groep, waar ook de dolfijnen en de bruinvissen (de kleinste walvisachtigen) bij horen. De baleinwalvissen zijn de grootste. De blauwe vinvinvis is zelfs het grootste dier aller tijden.
De grote walvissen hebben in het verleden zwaar te lijden gehad onder de jacht. Het Wereld Natuur Fonds heeft zich met succes voor deze reuzen ingezet. Een van de grootste successen was de instelling van het Antarctisch Walvis-reservaat in 1994.