macaronipinguin

 

Wetenschappelijk Eudyptes chrysolophus
Engels macaroni penguin
Verspreiding Zuid-Chili, zuidelijke oceanen
Biotoop poolzee en eilanden
Voedsel kreeftachtigen (krill), inktvis, vis
Leeftijd 10 jaar
Lengte 70 cm
Gewicht 3 - 7 kg
Status kwetsbaar

Macaronipinguïns hebben opvallende lange, goudgele 'wenkbrauwen' en een rode snavel. Dit heeft ze hun naam bezorgd: naar de opvallend uitgedoste leden van de Engelse 'macaroni-club' uit de 19e eeuw.

Deze middelgrote pinguïns broeden in paartjes op sneeuwvrije heuvels of kliffen. De broedkolonies kunnen meer dan een miljoen dieren bevatten. De penetrante visgeur van deze kolonies is van meer dan vijf kilometer afstand te ruiken. Iets dichterbij is ook het kabaal van hun balkende roep te horen.

Het vrouwtje legt meestal twee eieren, maar vrijwel altijd blijft er maar één jong in leven. Zowel het vrouwtje als het mannetje zorgen daarvoor.

Macaronipinguïns jagen vooral op krill. Daarnaast eten ze ook wel wat inktvis en kleine visjes. Zelf worden ze bejaagd door zeeluipaarden, haaien en orka's. Op het land is de skua (een roofmeeuw) de belangrijkste vijand voor de jongen.