haasachtigen
| Andere namen | hazen en konijnen |
|---|---|
| Wetenschappelijk | Lagomorpha |
| Engels | rabbits, hares and pikas; lagomorphs |
| Verspreiding | wereldwijd (in Australië ingevoerd) uitgezonderd Madagaskar, zuidpunt Zuiid-Amerika en enkele eilanden |
| Voedsel | planten |
| Lengte | 18 cm (steppe pika) tot 50 - 76 cm (Europese haas) |
| Gewicht | 75 - 210 gram (steppe pika) tot 2,5 - 5 kg (Europese haas) |
| Aantal soorten | 80 |
| Onderverdeling | 2 families |
De haasachtigen (hazen, konijnen en fluithazen of pika's) kunnen goed knagen, maar behoren niet tot de knaagdieren. Ze vormen een eigen orde zoogdieren. Een van de verschillen is dat de haasachtigen twee paar snijtanden in de bovenkaak hebben en knaagdieren één paar.
Alle soorten haasachtigen leven op de grond. Ze hebben veel vijanden. Hun ogen en oren zijn erg goed ontwikkeld om gevaar op tijd waar te nemen. En vooral de hazen kunnen erg hard lopen.